Iedereen heeft een voornaam en een achternaam. Doordat iedereen een eigen naam heeft, kun je mensen uit elkaar houden.

Voornaam

De voornaam wordt gekozen door de ouders van het kind. Ouders kiezen een naam die ze mooi vinden of een naam die iets bijzonders betekent.

Of ouders kiezen voor een naam die uit de familie komt. Kinderen krijgen dan bijvoorbeeld dezelfde naam als hun opa of oma.

Achternaam

De achternaam wordt ook wel de familienaam genoemd. In 1811 moest iedereen verplicht een achternaam hebben. Veel mensen hadden al wel een achternaam.

Mensen die nog geen achternaam hadden, moesten zelf een achternaam verzinnen. Mensen kozen hun eigen beroep als achternaam. Bijvoorbeeld de naam Slager, Bakker of Smid.

Er waren ook mensen die kozen om hun woonplaats als achternaam te nemen.

Of een achternaam die iets vertelde over hoe ze eruitzagen. Zoals bijvoorbeeld de naam de Groot of de Dunne.

Gekke achternamen

Sommige mensen verzonnen een grappige naam of een vieze naam. Mensen die zo’n gekke achternaam hebben gekregen, zijn daar nu niet altijd blij mee.

Soms kiezen mensen ervoor om hun achternaam te laten veranderen. Dat mag niet zomaar. Er zijn regels voor en het kost geld.

Weet jij wat jouw naam betekent en waarom je deze naam hebt gekregen?